IKSO helpt

Sociale stage

15 mrt · Niel Van Schelvergem

Een oefening in kleine goedheid!

Aangezien IKSO meeleeft met zijn medemens, kwam meneer Danny Baeyens op het idee een sociale stage te organiseren. Dit houdt in dat alle zesdejaars een tiental uren vrijwilligerswerk doen. De leerlingen konden kiezen waar ze gingen werken. Er was een grote verscheidenheid aan mogelijkheden zoals helpen in een bejaardentehuis, voorlezen aan allochtone kindjes, helpen in het opvangtehuis Poverello… We laten even “the man himself” meneer Baeyens aan het woord.

 

Zeer dikwijls gaat het in een school om de zelfontplooiing van de leerling. En daar is niets mis mee. Maar vanuit onze eigen levensbeschouwelijk-christelijke insteek als godsdienstleerkrachten vinden we het ook belangrijk om leerlingen op het spoor te zetten van het solidaire mens-zijn, met name door hen even (een tiental uren) te laten proeven van een gratis engagement voor mensen die in één of ander opzicht in een situatie van kansarmoede verkeren.” Aldus meneer Baeyens.

 

We vroegen enkele leerlingen wat zij ervan vonden…

 

Michiel is gaan helpen in WZC Meredal. Hij vertelde ons het volgende:

 

Ik wist niet wat ik mocht verwachten, want het was iets totaal nieuws voor mij. Stress had ik niet, ik was gewoon nieuwsgierig.  Ik dacht dat van mij verwacht ging worden dat ik zou helpen met eten en het opmaken van bedden, maar nee. Het was juist carnaval geweest en tot mijn verbazing liet ook het rusthuis dit niet aan zich voorbij gaan. Toen ik binnenkwam, moest ik lachen. Mensen van rond de 50,60,70 of ouder liepen allemaal verkleed rond. Sommigen zelfs als voil janet. Ik moet dus niet verder uitleggen waarom moest lachen. Het hoogtepunt was toen alle verklede mensen (rolstoel of niet) samen de polonaise begonnen te dansen. Mijn werk tijdens dit plezierig gebeuren was zorgen voor animatie,helpen met knutselen en natuurlijk dit moment op foto vastleggen. Ik moet toegeven dat dit voor jong en oud best leuk was.”

 

Rani en Phaedra zijn (samen met nog een paar leerlingen) kindjes van het KCD gaan helpen met lezen. Ze vonden het zeer leuk, maar tevens ook vermoeiend. Dit wouden zij hierover kwijt:

 

Na een tijdje werden de kindjes moe en wouden ze niet meer lezen” vertelt Rani. “Er was een kindje dat liever over zijn dag vertelde en naar mijn dag vroeg dan te lezen.” “Ik heb geen ziiiiin” kwam er vaak aan te pas, lachte Rani. Schattig maar ergens frustrerend . Wat Phaedra het meeste is bijgebleven was toch de voldoening die je kreeg van de kindjes. “Je zag dat zij het apprecieerde”.

 

We kunnen besluiten dat dit een zeer mooi initiatief is, positief voor de leerlingen en de mensen die geholpen worden.